Hoogopgeleiden dominanter op de arbeidsmarkt
Werkenden met een universitaire studie of een hbo-opleiding hebben hun opmars op de arbeidsmarkt de laatste jaren onverminderd voortgezet. Het aandeel hoogopgeleiden in de beroepsbevolking blijft groeien, ze hebben vaker een baan dan lager opgeleiden en verdringen werkenden met een lagere opleiding.
Dit blijkt uit een nieuwe analyse van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), die deze donderdag wordt gepubliceerd. De doorlichting gaat over de aansluiting van onderwijs en arbeidsmarkt, maar toont ook de toegenomen dominantie van hoogopgeleiden op de arbeidsmarkt.
Beroepsniveau
Het aandeel van hoogopgeleiden in de beroepsbevolking is toegenomen van 26% in 2003 naar bijna 35% in 2016. Van alle afgestudeerden van 25 tot 35 jaar met hbo-opleiding of een voltooide studie in het wetenschappelijk onderwijs (wo) werkt 93%. Voor de hele leeftijdsgroep van 25 tot 35 jaar is ruim 90% aan het werk. De rest is niet beschikbaar voor de arbeidsmarkt of werkloos.
Drie van de vier hoogopgeleiden in deze leeftijdscategorie hebben een baan op het hoogste beroepsniveau (niveau 4) dat het CBS onderscheidt. De sterkste groei van het aandeel hoogopgeleiden doet zich echter voor in het beroepsniveau dat daar direct onder zit (niveau 3).
Verdringing
Hier vindt verdringing plaats. In 2003 werd 24% van de banen op niveau 3 vervuld door hoogopgeleiden. In 2016 was dat 37%. Tegelijkertijd daalde het aandeel in de banen op niveau 3 dat middelbaar opgeleiden vervulden van 61% naar 52%.
Het onderwijsniveau is gestegen in een breed scala aan beroepsgroepen. In 2003 had bijvoorbeeld 29% van de mensen die werkzaam waren in een bedrijfseconomisch of commercieel beroep een hbo- of wo-diploma. Dertien jaar later was dat 44%. Voorbeelden van zulke beroepen zijn boekhouders, secretaresses en accountants. De stijging in onderwijsniveau geldt echter ook voor mensen die werken in zorg- en ICT-beroepen en managers.
Uiteenlopen beroepen
In de zorg en het onderwijs sluiten opleiding en beroep het vaakst bij elkaar aan (zie infografiek). Van de afgestudeerden van 25 tot 35 jaar met een zorgopleiding werkt 65% in een zorgberoep. Voor pedagogische opleidingen ligt het aandeel afgestudeerden dat voor de klas terechtkomt op 62%.
Opleidingen in talen, gedrag en maatschappij zijn het minst geschikt om iemand voor te bereiden op specifieke beroepen. Jongvolwassenen met hbo- of wo-diploma’s in deze richtingen hebben uiteenlopende banen, zoals in commerciële en creatieve beroepen.
• Economie & Politiek